
Oude Raadhuis podium voor jonge kunstenaars
CultuurZeven jonge kunstenaars exposeren nieuw werk in een tijdelijke expositie, die vanaf vandaag te zien is in Museum het Oude Raadhuis. In de tentoonstelling wisselen woord en beeld elkaar af. De kunstenaars onderzoeken hoe woonplaats, cultuur, kunst, traditie en geschiedenis met elkaar samenhangen. Het is de vijfde editie van de jaarlijkse kunstmanifestatie van de groep jonge Urker kunstenaars (JUK).
Kunstenaarscollectief JUK, met dit jaar als deelnemende leden Hinke Brouwer, Jennie Koffeman, Johan Steller, Laura Zijlstra, Pieter Brouwer en Salam Kadhim, is aan de slag gegaan met een gedicht van de Urker stadsdichter Bas Visscher, met als titel ‘Dit huis is op een rots gebouwd’. In dit gedicht staat de waarde van kunst en erfgoed centraal. De kunstenaars werken met verschillende materialen en vormen, waarmee de expositie een afspiegeling is van de diversiteit binnen de nieuwe generatie Urker kunstenaars.
Bij de tentoonstelling verschijnt een leporello, een boekwerk met afdrukken van de werken en het gedicht. Iedereen is van harte uitgenodigd bij de opening op zaterdag 7 oktober om 14.00 uur in Museum het Oude Raadhuis aanwezig te zijn en de tentoonstelling te bezoeken. De toegang voor bezoekers van de opening is gratis. De tentoonstelling ‘Dit huis is op een rots gebouwd’ is te zien tot en met eind november.
JUK houdt sinds 2018 jaarlijks een kunstmanifestatie, in de vorm van een expositie of een kunst-wandelroute. Het gedicht van Bas Visscher werd in 2021 voorgedragen ten overstaan van de gemeenteraad, om een vanuit de gemeenschap afkomstig cultuurmanifest kracht bij te zetten.
Dit huis is op een rots gebouwd
Tekenles. Hier heb ik een lijn getrokken. Nog een keer het hoekje om.
Het lijntje wordt een vierkant. Het vierkant wordt een kubus. Dak erop:
de kubus wordt een huisje. Tuintje achter, straatje voren, rondom kan wel
een leiboom groeien, stokroos bloeien. Op het dak een makelaar. Huisje klaar.
Een huis hoort aan een weg te staan. Prins Hendrikstraat of Raadhuisstraat,
Oude Dijk of Staartweg, Vlaak, stuk grond waar nu mijn wiegje staat.
Ik zie de weg: er lopen mensen. ‘Dag’, zwaai ik. Bedenk de kachel aan,
laat de wereld langs de ramen gaan, want ik heb nog zoveel wensen.
Hier kan mooi een boekenkast. Plank vol oude, maar ook nieuwe schrijvers,
boeken die ik niet mag missen, tal van stenen in de vijvers. Plek voor dichters
die de woorden schikken, denkers die de wonden likken. Nog een plank:
de Bosatlas. Ik kijk waar Nova Zembla ligt en voel mij Gerrit Westerneng,
aardbol plots wat minder eng. De muren dan, nog wit en kaal, een canvas
voor een groot verhaal. Ik maak een spieraam, breed en sterk, span het doek
en ga aan ‘t werk. Leyden, Sluijters, Lussenburg, Van Mastenbroek, aangenaam!
Zovelen zijn u voorgegaan. Terpentijn en handen schoon, aan de muur een monochroom
van blauw op blauw. De zee zo heilig, zo onveilig, altijd in mijn hart gesloten.
Dit huis is op een rots gebouwd. Want als ik in de kelder kijk, met mijn handen langs
de muren strijk, voel ik keileem als een vaste basis. De bodem is een tijdmachine:
fossielen, keien, weerspiegeling, zoveel leven in een laagje aarde. Zoveel meer nog
is van waarde: ik voel de kennis door mijn aderen stromen, leer verhalen die
ik nooit kon dromen. Het houdt de bruine ratten buiten en doet vrienden in mijn armen
sluiten. Dan nog slechts een naam verzinnen: ‘Het Wakend Oog’, een huis voor eeuwen.
Bas Visscher, stadsdichter Urk