Klaas Ras (midden) met vrouw Nancy en broer Jan.
Klaas Ras (midden) met vrouw Nancy en broer Jan.

‘Het Urker sfeertje vind je nergens’

Algemeen
Hij praat ouderwets Urkers. Haast zonder vervuiling van vernederlandste woorden. Maar in zijn uitspraak schijnt de Zuid-Amerikaanse zon, klinkt het ritme van de Spaanse taal. Dan stokt zijn verhaal plotseling. Zijn keel knijpt dicht. De ogen worden vochtig. ,,Wat mis je van Urk?”, was de vraag.
 
 
Klaas Ras is nu 76 jaar. In oktober 1951 vertrok hij met zijn vader, vijftien Urkers en drie andere Nederlanders uit de haven van Oostende. Via Brixham, Lissabon, Tenerife, de Kaapverdische Eilanden en Recife kwamen ze in januari van het jaar erop aan in de Argentijnse havenstad Mar del Plata.
,,In Hotel Woudenstein waren contracten getekend met een Belgische reder. Hij zou zorgen dat we in Argentinië als vissermannen konden werken. Maar eenmaal aan de andere kant van de oceaan bleken de contracten minder waard dan toiletpapier”, zegt Klaas, die ergens op de Atlantische Oceaan zijn zestiende verjaardag vierde.
 

Burgemeester bemiddelde

Alhoewel zwart op wit was gezet dat de Urkers niet op zondag hoefden vissen, stond de reder erop dat de mannen op zaterdag naar zee gingen om voor de markt van dinsdag weer binnen te komen. Het conflict liep hoog op en burgemeester Keijzer, door Klaas Ras aangeduid als ‘Bolle Jaap’, vloog zelfs over om te bemiddelen. Zonder resultaat. Het ambitieuze project was mislukt. Een voor een keerden de vissers terug.
,,Alleen wij bleven. Mijn vader wilde wel weer terug naar Urk, maar ik moest en zou blijven. Teruggaan was accepteren dat het hele plan mislukt was en dat kon ik niet verkroppen. Ook al was het die eerste periode bittere armoede. We woonden een tijdje op een eilandje in het deltagebied boven Buenos Aires, roeiden naar de wal als we inkopen moesten doen. Pas toen we terug gingen naar Mar del Plata konden mijn moeder, mijn broers Jan en Piet en zus Klaasje overkomen.”
 

‘Ik blijf een Hollander’

Klaas werd schipper op een Argentijnse kotter. De zaken gingen voorspoedig, totdat een nieuwe wet eiste dat alle schippers de Argentijnse nationaliteit aannamen. Veel buitenlandse zeelieden gaven gehoor aan die eis, maar bij Klaas Ras stak opnieuw zijn onverzettelijke natuur de kop op: ,,Ik ben als Hollander geboren, ik ben een Hollander gebleven en ik zal als Hollander sterven. Geen sprake van dat ik Argentijn zou worden.”
Uiteindelijk verhuisde het gezin naar Peru, waar broers Klaas en Jan een goedlopende rederij opzetten in de kustplaats Paita. ,,Vanuit Peru werden enorme hoeveelheden ansjovis opgevist, met name bestemd voor de vismeelindustrie. Wij visten vooral op een soort wijting, een soort rode mul en op heek.”
Toen in Peru militairen aan de macht kwamen, keerden de Urkers in 1977 terug naar Argentinië. Er werd een grote nettenfabriek opgezet, die vandaag de dag geleid wordt door een zoon. Een andere zoon heeft een handschoenenfabriek.
Toen het rond 2000 slecht ging in de visserij, zocht Klaas tijdelijk zijn heil in Puerto Madryn, 1.200 kilometer zuidelijker. Samen met zijn tweede vrouw, Nancy, zette hij er een zaak in maritieme benodigdheden op. ,,Alles verkochten we daar. Van feil tot anker.”
In die tijd leefde zijn moeder nog. Hinkien Ras overleed in 2007 op 95-jarige leeftijd. Vader Teunis was in 1981 al gestorven, 72 jaar oud.
 

Pensionado

Inmiddels gaat hij door het leven als pensionado en woont hij weer in Mar del Plata. Eerlijk gezegd zou hij zijn oude dag best in Nederland willen doorbrengen, net als broer Piet, die op Urk woont en broer Jan, die aanvankelijk in Peru bleef wonen, maar elf jaar geleden naar Kampen kwam. De financiën houden hem in Argentinië. ,,Ik ben een Urker. Simpel. Daarom zou ik graag terug willen en mijn vrouw zegt dat ze best mee wil. Maar mijn pensioen vervalt als ik naar Nederland ga.”
De afgelopen vier weken was hij weer op Urk, voor het eerst sinds 1984. Misschien is het de leeftijd, maar dit keer bracht hij veel meer tijd door in het Oude Dorp. ,,In het nieuwe gedeelte verdwaal ik, maar in het Oude Dorp ken ik elk steentje nog.”
Dan belandt Klaas pas echt op zijn praatstoel: ,,We woonden op Wijk 7-10. Als jongen van een jaar of dertien ging ik langs de deuren met brood. Ik werkte voor Piet van Urk, ‘Piet van et Skoel’. Voor hem verkocht ik ijs. En hij had een bakkerij, maar ook een boerderij. Als hij daar dan druk bezig was, zorgde ik dat er zestig bollen gebakken werden en ging ik daarmee langs de deuren. Heel veel dingen zijn er nog en ik zoek ze op. Ik wil zien waar ik vroeger gewerkt, gelopen en gespeeld heb, waar ik op school gezeten heb.”
 

De schol smaakt anders

En dan komt dus de vraag wat hij in Argentinië allemaal mist. En is hij even stil, moet hij slikken. Als hij zich herpakt heeft, vertelt hij over afgelopen zaterdag. Een visje bakken en gezellig praten met een groep volk. ,,In Argentinië houd je een barbecue als je met een grote groep bent. Vis bakken kan ook, maar de schol is daar anders, veel minder lekker. Zoute haring hebben ze er niet, knakworst niet, gerookte makreel ook niet. En dan nog: de sfeer mist. Het Urker sfeertje vind je nergens.”
Voetbal, ook zoiets. Klaas was zaterdag toeschouwer bij Urk 1, dat opnieuw verloor. Piet Kiefte, die hem vergezelde, wilde vijf minuten voor tijd vertrekken. De 0-2 achterstand zou toch niet meer goed gemaakt worden. Maar Klaas bleef zitten, zoals een fan hoort te doen. ,,Ik heb teveel wedstrijden in de laatste minuten beslist zien worden.”
 

Robben

Thuis in Argentinië mag hij ook graag een mooie wedstrijd zien. Maar als het half kan dan wel één van het Nederlands Elftal. ,,Als Robben scoort, is het plafond te laag”, zegt hij glunderend. Robben spreekt hij uit als Robèn. De verslaggever vraagt of er in de loop der jaren toch ook geen band is gegroeid met het succesvolle Argentijnse elftal. Dan is het tijd voor een stukje geschiedenis: ,,Op het WK van 1978 moest Argentinië met 5-0 winnen van Peru om niet uitgeschakeld te worden. Het werd 6-0. Een onmogelijke uitslag. Doorgestoken kaart. Op die manier kwamen ze in de finale, waar ze van Nederland wonnen. Sinds die dag hoop ik elke wedstrijd dat Argentinië verliest. Maakt niet uit tegen wie ze spelen.”
En Lionel Messi dan? Wekt die voetballer ook geen sympathie op? ,,Natuurlijk. Iedereen die verstand van voetbal heeft moet erkennen dat Messi op dit moment de beste speler van de wereld is. Maar…”
En dan komt het, middenin zijn betoog over voetbal laat Klaas Ras nog eenmaal zien waar zijn hart ligt: ,,Maar… wij hebben natuurlijk ook een prima ploeg met Robben, Van Persie en Kuyt.” 
 

Regeltjes

Vrijdag vertrekt hij weer naar Argentinië. Eenmaal aangekomen wil hij eerst langs het Nederlandse consulaat. Want tot zijn grote verontwaardiging kon hij de afgelopen weken in Nederland geen bankrekening openen én geen auto kopen. ,,De vorige keer dat ik hier was, gingen zulke zaken allemaal zonder problemen. Nederland heeft er veel regeltjes bij gekregen. Maar ik laat het er niet bij zitten. Ik ben een Hollander en dus heb ik ook de rechten van een Hollander.”
Wat heeft hij de afgelopen weken trouwens van Argentinië gemist? ,,Mijn kleindochter van zes.” En wat gaat hij straks van Urk missen? ,,Alles.”