Afbeelding
Foto:

Ziekenhuis


Toen Malliya al een paar dagen diarree had en overgaf besloten we naar het ziekenhuis te gaan. Aan het eind hield ze zelfs een slokje water niet meer binnen en dat met temperaturen van 30 graden en hoger. Aangezien de lokale ziekenhuizen in de buurt niet altijd de juiste diagnoses stellen en vaak antibiotica meegeven, wilde ik naar het ziekenhuis in Karatu. Zo gezegd, zo gedaan. Zaterdagochtendvroeg gingen we op pad en tijdens het uurtje hobbelen in het openbaar vervoer was Malliya opeens weer levendig en opgewekt. Opeens moest ik denken aan het verhaal dat mijn moeder altijd vertelde over die keer dat ze mij eens meenam naar de dokter vanwege ziekte en dat de dokter verbaasd vroeg: 'Kom je voor haar?'. Dit aangezien ik blijkbaar ook hartstikke levendig en opgewekt was op dat moment. Zou mij nu hetzelfde overkomen met Malliya? Ik snapte eigenlijk niet waar ze de energie vandaan haalde, aangezien we amper hadden geslapen en ze de hele nacht futloos tegen me aanhing.

Het was gelukkig niet druk in het ziekenhuis en we waren snel aan de beurt. Eerst meten ze vitale functies bij iedereen die komt. Zo kunnen ze bepalen welke patiënten met spoed behandeld moeten worden. Malliya had koorts en we mochten meteen door naar de dokter. Die besloot dat hij haar wilde opnemen en hoewel we hier niet echt op hadden gerekend, stemden we er uiteraard mee in. Malliya was inmiddels begonnen met huilen en terwijl de dokter de papieren in orde maakte, liep ik alvast naar buiten. Al snel kreeg ze een infuus en de eerste dag sliep ze vooral heel veel. Alhoewel, snel... De zusters moesten minimaal tien keer prikken en met de naald heen en weer bewegen voordat het infuus goed zat. Geen pretje voor onze kleine meid. Ik had goede hoop dat één nachtje voldoende zou zijn, maar aangezien ze nog steeds weinig binnenhield vanwege aanhoudende diarree, moesten we nog een nachtje blijven. Een tweede zak vocht werd aangesloten en ik kreeg langzamerhand mijn vrolijke, levendige en ondeugende meisje terug. De tweede avond duurde het dan ook wel even voordat ze eindelijk sliep. Terwijl ik naast haar kroop - we deelden het ziekenhuisbed - hoorde ik opeens gegil uit een andere kamer. Een vrouwenstem die aardig overstuur klonk. Zou er iemand overleden zijn? In één van de zes kamers lag een jongetje dat aangesloten was op allerlei apparatuur. Kort daarvoor was er familie langs geweest, die per hoge uitzondering buiten de bezoektijden even naar de kamer mocht. De rest van de tijd brachten ze op de binnenplaats door, alleen de moeder zat op een stoel naast het bed terwijl ze haar hoofd soms moedeloos op het ledikant legde. Na een hoop rumoer ging mijn kamergenoot poolshoogte nemen. Ik haalde opgelucht adem toen ik hoorde dat iedereen nog gewoon in leven was en probeerde toch maar te slapen. Niet veel later was de vrouw op onze kamer helemaal overstuur. De kleine Loveness, haar twee maanden oude, zieke kindje, kwam het hoesten niet te boven en werd uiteindelijk aangesloten aan de zuurstof. Tranen rolden over haar wangen terwijl ze haar dochter toesprak om sterk te blijven. Gelukkig kwam ook Loveness de nacht goed door. 

De dokter die Malliya ter wereld had geholpen via een keizersnee, gaf tijdens de ochtendronde toestemming om naar huis te gaan. Eindelijk! Eenmaal thuis hoopte ik de daaropvolgende dagen lekker uit te rusten, maar ons huis stroomde nog een flink aantal dagen vol met visite. Iedereen in de buurt was op de hoogte van de ziekenhuisopname van Malliya en wilde graag kijken hoe het met haar ging. Na een tijdje begon de rust gelukkig weder te keren in ons blauwe huis op de Maasai-savanne. Al is dat in Tanzania nooit voor lang!