Out

Een etmaal flinke koorts en hoofdpijn, daarna stroperige moeheid en een knallende verkoudheid. Sinds vrijdag kan ik plotseling meepraten over het virus waarvan we al stilzwijgend hadden besloten dat het niet meer bestond. Met enige verbijstering moest ik toegeven dat de planning voor de drukste paar weken van het jaar op de kop stond en vond ik mezelf terug op een plek waar ik mezelf nooit had verwacht: op de bank, op een doordeweekse middag, voor de tv, kijkend naar een willekeurige eerste ronde-partij uit het damesenkelspel, op baan 18 van Wimbledon.

JB