Geloofd zij God

Dat je in een korte tijd zo’n kleine hechte gemeenschap kan worden. Een voor een druppelen de mensen binnen. Een beetje rondkijkend om een plekje uit te kiezen. We zien nogal wat ouderen, maar ook van die heerlijke jonge gezinnetjes. Als we al ruimschoots bezig zijn, schuiven er nog steeds mensen naar binnen. En dat gaat tot het eind toe door. Storen doet het in het geheel niet. Buiten staat een medewerker om de mensen, die het niet aandurven de drempel over te gaan, toch een soort opvang te bieden. Ik krijg een tip dat het twee uur is. We moeten beginnen. Het mooie weer, en de voorbijdrijvende wolken, inspireerden me voor het openingslied. ‘Daar ruist langs de wolken, een lieflijke Naam.' Voor we verder gaan, vouwen we onze handen om God te danken. Dan zijn de gasten aan de beurt. Ze mogen liederen opgeven. Er wordt gretig gebruik van gemaakt. ‘Roept u maar’.


Dat levert voor mij wel een klein probleempje op. Ik versta niet alles. Lastig en ook een beetje komisch als je twee of drie keer verkeerd gist. Daar wordt niet altijd even tactisch mee omgegaan. Ook namens mijn mede-slechthorenden even een paar tips. Niet lachen. Ik schaam me al genoeg. Ook niet allemaal door elkaar gaan roepen om te helpen, dat maakt het alleen maar erger. Er zijn vast wel een paar mensen met een forse stem. Als die even van zich laten horen is het probleem opgelost. Nog zo’n reflexfoutje. Als ik naar de eerste rij toeloop om te vragen welk nummer er werd geroepen, krijg ik overluid antwoord. Dat is niet echt nodig als je op minder dan een halve meter afstand staat. Behulpzaam zijn is altijd weer een kunst. De ene keer moet je elkaar tot een hand en een voet zijn, een andere keer tot een oor en een stem.


Maar wat hebben we heerlijk gezongen. De aanwezigen genieten zichtbaar. En dan die kleine kinderen die alles uit het hoofd meezingen. Het raakt me diep. Wat een rijkdom is dat voor nu en voor hun verdere leven. ‘Hebben de kinderen een verzoek?' ‘Ja, lied 29', ‘Zoekt eerst het koninkrijk van God'. Wat een voltreffer. Die Bijbelwoorden zetten je voor je hele verdere leven op het juiste spoor. Vanmiddag is Jurie Noorloos de solist. Hij vraagt al snel zijn dochters erbij. Een van hen is jarig. Hij vertelt dat ze bij hem thuis voor hun jarige kinderen niet zingen ‘lang zal ze leven’, maar de zegenbede, ‘Dat ‘s Heeren zegen op u daal'. We zingen het nu met z’n allen voor de jarige. Op zo’n moment denk ik echt: de wereld kan me gestolen worden. Wat verderop in het programma nodigt Jurie alle geoefende zangeressen naar voren. Samen zingen ze: ‘De haven van rust’. We moeten afsluiten. Dat doen we ook zingend. Staande. Psalm 68 vers 10. ‘Geloofd zij God met diepst ontzag!’ Alle registers gaan open als we zingen ‘Die God is ons een God van heil; Hij schenkt, uit goedheid, zonder peil, ons ‘t eeuwig, zalig leven’. Wat een God, wat een belofte, wat een toekomst. ‘Wie zou die hoogste Majesteit dan niet met eerbied prijzen?’