Afbeelding
Foto:

Spannende vragen

Eerlijk zeggen: heb je er tijdens Urk in Wintersferen ook naar verlangd om pakweg honderd jaar terug in de tijd te mogen gaan? Al was het maar voor korte tijd? Leven op het eiland, waar het gekrijs van meeuwen het hardste geluid was en stress, net als vrijwel alle andere Engelse woorden, volledig onbekend?

Mijn jongste dochter zag het wel zitten en ik weet eigenlijk niet eens precies waarom. ‘Welk beroep zou jij dan hebben?’, vroeg ze. Ik wilde ‘visserman’ antwoorden, want dat was bijna iedereen toen. Maar ik aarzelde of dat in een andere tijd iets voor mij geweest zou zijn. Ik betwijfel of ik er de genen voor heb. Laat staan de zeebenen en het vermogen om zeeziekte te overwinnen.


Voor veel plaatsgenoten was het juist altijd ondenkbaar dat ze géén visserman zouden zijn. En toch zijn velen inmiddels overgestapt naar ander werk. Voor de een misschien vreselijk wennen, voor de ander al snel de stap die veel eerder gemaakt had moeten worden.

En toch, als die oud-visserman over zoveel jaar terugkijkt, dan zal de nostalgie over de visserij overheersen. Het vrije leven op zee, de prachtige zonsopkomsten, de kameraadschap, de trots, de prachtige besommingen. Het zal hem vast en zeker weemoedig stemmen. Tegenslagen, waaiweken, de korte weekends en de jarenlange, wurgende onzekerheid over de toekomst, zijn dan weggespoeld door de golfslag van de tijd.

Een beetje zoals je je van die mooie vakantie wel de witte stranden en palmbomen herinnert, maar niet het lange wachten op het vliegveld. 


Het is een spannende vraag hoe de Urker vissers van vroeger hadden aangekeken tegen de zoveel modernere vloot, die nu alweer in rap tempo verdwijnt. De enorme schepen, met motor en ijsmachine, met radar en met de mogelijkheid om naar de wal te bellen. Maar ook de leningen die ermee gepaard gaan, het gejakker in de kotterbus naar een haven ver van hier, het gestamp van de motor en de mogelijkheid om midden op zee gebeld te worden. En dat allemaal vanuit een dorp waarin nog maar heel moeilijk het oude eiland is te herkennen. Een dorp waarvan de bewoners nota bene met zoveel nostalgie terugkijken op vroeger.

Ik vrees dat we het nooit helemaal eens worden. Als we nuchter nadenken willen we niet terug naar tbc, kindersterfte, bittere armoede en een visserij die krankzinnig gevaarlijk was. Net zoals onze voorouders niet blij zouden 

worden om kennis te maken met de vele 

facetten van het begrip stress.


Een andere spannende vraag is hoe we over pakweg een eeuw terugkijken op het Urk van nu. Het Urk tussen boomkor en zalm. De enige zekerheid is dat de mensen dan in een ander Urk leven dan het Urk van nu. Hopelijk kijken ze dan met weemoed en liefde terug.




Jelle Bakker