Afbeelding
Foto:

Dag 33


Veertigdagentijd. Ieder jaar weer word ik onder druk gezet door anderen binnen ons gezin. ‘Zij verzetten grootse daden, terwijl va… Nou ja, hij doet dan wel veertig dagen geen afwas of zo'. Dat zijn dan een beetje zijn standaard grappen. 

Dit jaar is alles anders. Ik loop met de borst vooruit, want eindelijk presteer ik wat. Vijf minuten voor aswoensdag, tipte ik mijn laatste as in de asbak en toen heb ik mijn zware Van Nelle in de grijze container gegooid. Zat gewoon nog vol! Maar niet goed is niet goed. Als het voor mij niet goed is dan geef ik het ook niet aan een ander.

De andere morgen kwam Louw. We reden de sluisput over en toen merkte hij het al. ‘Bin je ziek, Willem?’, vroeg hij. 

‘Nee or’, lieg ik, ‘Ik voel m’n beeter dan ooit’. 

‘Nou, wat is er dan? Je binnen zo stille’. 

‘Ik bin e-stopt mit rooken’, zei ik en ik probeerde er heel blij bij te kijken. 

Louw was enthousiast geweest. Zo enthousiast dat ik had gesnauwd dat ie nou maar eens ergens anders over praten moest. Toen bleef het stil. Na tien kilometer heb ik voorzichtig sorry gezegd. ‘Ik was nog in de ontwinningsfase’. 

‘Kuun je rekenen wat een rotzooi er duur die sjek zit’, had Louw gezegd, ‘Et oudt zellufs je umeur onger controle’.

’s Avonds werd er op mijn raam geklopt. De buurman. Hij deed z’n vingers in een v-vorm heen en weer voor zijn mond. ‘Koem je?’, riep hij. 

Ik heb alleen maar ‘nee’ geschud. Hij klopte weer. Toen ben ik naar de deur gelopen en heb verteld dat het ‘rommel is, in dat ie eagenlijk ok zou moeten stoppen’. 

Buur had alleen maar veelbetekenend gelachen en nog in de kliko gekeken. Maar er lag al een restant rooie bieten op. 

Ik ben een week ziek geweest. ‘De dood er net of-oalt’. Dat was de ontgiftingsfase. Toen kwam de ik-moet-toch-wat-in-m’n-aanen-eawen-fase. En ik at alles wat onder m’n handen kwam. 

Nu ben ik redelijk stabiel. Alleen nog wat hoesten en een heel kort lontje. Thuis kunnen ze het nog altijd niet geloven. Af en toe voelen ze in m’n jaszak of ruiken ze aan mijn vingers om me te motiveren. Dat werkt! Ik hou gewoon vol. Jannie en Dochter maken al plannen voor volgend jaar. Dan kan ik wel met ‘m’n genietmomentjes’ stoppen. Geen speatjen meer op zaterdagmorgen. Of met suiker. Ja, dat kan ook wel. Voor m’n cholesterol! Of met… 

‘Hou asjeblieft jeluiers kop’, snauw ik. Sorry!

watwietwillem@outlook.com