Afbeelding
Foto:

Kwestie van volhouden

Het is alweer maart. Dit betekent dat de lente zich voorzichtig begint aan te dienen en we middenin de vastentijd zitten. Bij het woord vasten denken de meeste mensen misschien aan de Ramadan, onderdeel van het islamitische Suikerfeest, maar de Rooms-Katholieke kerk kent van oudsher ook een vastenperiode. Die begint op Aswoensdag, na carnaval, en duurt tot Stille Zaterdag.


Hoewel het vasten zelf niet meer zo serieus wordt nagestreefd, proberen toch veel mensen een eigentijdse invulling te geven aan deze periode. Dit kan zijn dat je iets van luxe opgeeft. Of dat je veertig dagen niet snoept of geen alcohol drinkt. Vorig jaar besloot ik ook mee te doen en nam ik mezelf voor veertig dagen geen vlees te eten. Het was meteen een soort experiment: zou ik het gaan missen? Wat voor alternatieven zijn er voor vlees? Hoe zou mijn omgeving erop reageren? Het liep uit op een complete mislukking. Op onverwachte momenten kreeg ik ineens enorme trek in pizza met in het vet drijvende salami, en slecht als ik bestand ben tegen groepsdruk, stond ik na het stappen toch weer een broodje kebab weg te happen.
Toch is het niet voor niets geweest. Zo kwam ik erachter dat je heus niet élke dag vlees hoeft te eten, dat je het prima vervangen kan door iets anders en dat dit in veel gevallen nog voordeliger voor je portemonnee is ook. Koken zonder vlees bleek geen beperking, maar juist een spannende uitdaging! Plotseling begon ik gerechten te koken die ik voorheen niet had geproefd en anders ook nooit zou koken. Dat is het gekke van vasten: door iets op te geven krijg je andere dingen terug. Of beter gezegd: je krijgt oog voor dingen die er altijd al waren maar die je nog niet eerder zag.


Dit jaar wilde ik weer meedoen, maar had ik niet nagedacht over hoe ik de periode vorm zou geven. Misschien wat minderen of tijdelijk stoppen met sociale media? Al dat eindeloze gescrol door die zouteloze filmpjes, opstokende tweets en nietszeggende plaatjes. Het mag wel wat minder. Moedig begon ik de veertigdagentijd, om me, nog geen etmaal later, toch weer suf te gapen aan alles wat er op internet voorbijkomt. Sommige gewoontes leer je nu eenmaal niet zo makkelijk af. En juist daarom is de veertigdagentijd een mooie kans om daar eens mee aan de slag te gaan.


Nu de Urkerweg dichtzit, moet ik een stuk omrijden voordat ik het dorp uit ben. Misschien zou ik alsnog mee kunnen doen en 

de auto eens wat vaker laten staan. 

Meteen een mooie gelegenheid om mijn 

fiets eens te laten repareren en vaker 

te gebruiken. Het is er weer voor. 

Ik hoop dat het een gewoonte wordt 

die de veertig dagen overleeft.


Jan Maarten Zwaan